Programma's

Financiële informatie programmaplan

Algemene dekkingsmiddelen zijn inkomsten van een gemeente waarvoor geen bestedingsdoel is bepaald. Dat betekent dat de gemeente deze vrij kan bestede n. Algemene dekkingsmiddelen zijn bedoeld om de programma’s uit te voeren die de gemeenteraad heeft vastgesteld.

Uitkeringen gemeentefonds

In 2024 bedraagt onze uitkering uit het Gemeentefonds € 161 miljoen en is daarmee veruit onze belangrijkste inkomstenbron. De algemene uitkering bedraagt € 145 miljoen. Naast de algemene uitkering ontvangen we nog integratie- en decentralisatie uitkeringen samen € 16 miljoen.
De uitkeringen uit het gemeentefonds zijn voor de begroting 2024 en meerjarenraming 2024-2027 gebaseerd op de mei circulaire 2023. Ten opzichte van de vorige begroting zijn de volgende wijzigingen belangrijk:

  • Ontwikkeling accressen

Het Rijk heeft besloten om de accressen in de jaren 2022 tot en met en 2025 “vast te klikken". Dat geeft rust en stabiliteit, zowel voor gemeenten als de rijksoverheid. Vanaf 2026 zijn de accressen niet meer vastgeklikt. Vanaf 2026 zal het gemeentefonds niet langer via de normeringssystematiek geïndexeerd worden. Er wordt geen volume-accres meer verstrekt, alleen nog maar een nominaal accres voor de loon- en prijsontwikkeling. Waar het accres in de jaren 2022-2025 nog oploopt met de rijksuitgaven, stopt dat in 2026. En dan blijkt dat het accres voor dat jaar aanzienlijk lager is ten opzichte van 2025.

De economische omstandigheden maken het extra lastig voor het kabinet om gemeenten duidelijkheid te geven waar ze na 2025 aan toe zijn.. Het kabinet beoogt in het najaar hier meer duidelijkheid over te kunnen geven.. Of dit ook daadwerkelijk zal gebeuren in verband met de demissionaire status van het kabinet, moet worden afgewacht.

  • Nieuwe financieringssystematiek

Medio juli 2022 heeft de minister van BZK de Contourennota financieringssystematiek medeoverheden aangeboden aan de Tweede Kamer.. Hierin worden de stappen beschreven die het kabinet wil zetten tot een nieuwe financieringssystematiek op korte en lange termijn met als doel een goede balans tussen financiën medeoverheden en taken die ze hebben.
Het rijk en medeoverheden werken aan ambities voor de toekomst, opgaven op gebied van klimaat woningbouw armoede vragen gezamenlijk antwoord van alle overheden. Betekent gezamenlijke verantwoordelijkheid, samenwerking en heldere taakverdeling en ook een financieringssystematiek
die gemeenten stabiliteit en ruimte biedt om autonome keuze te maken vanuit solide financiële basis. Kabinet gaat de komende tijd hier invulling aan geven.

Uitgangspunten van de financieringssystematiek
Kabinet en medeoverheden zijn van mening dat de huidige financieringssystematiek verbetering behoeft.(meer behoefte aan stabiliteit, inzicht in de te ontvangen middelen en ruimte voor autonome keuzes op lokaal en regionaal niveau. Als vertrekpunten voor de nieuwe financieringssystematiek gelden:

  • Goede balans tussen opgaven taken en middelen
  • Betere financieringsbalans tussen eigen inkomsten van gemeenten en bekostiging via de fondsen van het rijk (vooral voor takenpakket dat geldt als autonoom)
  • Bekostiging van gemeentefonds moet samengaan met meerjarige stabiliteit
  • Uitkeringsstelsel dient beter aan te sluiten op taken en de wettelijke kaders van waaruit de taken worden toebedeeld. Administratieve lasten beperkt en in balans met doel van de opgevraagde informatie.

De komende jaren blijven rijk en medeoverheden met elkaar in gesprek over deze uitgangspunten.

  • Opschalingskorting

In het kader van het collatie akkoord Rutte IV is de geplande opschalingskorting gedurende de jaren 2023, 2024 en 2025 geschrapt. Dit geeft extra financiële ruimte voor de jaren 2023 tot en met 2025. Vanaf 2026 is de opschalingskorting weer opgenomen wat een lagere uitkering uit het gemeentefonds voor de gemeenten tot gevolg heeft..

  • Stelposten

Extra middelen jeugdzorg
Principe akkoord
Gemeenten en Rijk hebben een principeakkoord bereikt over het financiële kader voor de hervormingsagenda jeugd. In totaal wordt 1,45 miljard in 2024 en € 954 miljoen in 2025 voor jeugdzorg beschikbaar gesteld. Een deel wordt ingezet vanaf de begroting Ministerie van VWS. In totaal wordt 1,36 miljard in 2024 en € 859 miljoen in 2025 aan de algemene uitkering toegevoegd voor jeugdzorg. Op de Rijksbegroting zijn middelen geserveerd voor 2026 en verder. De beschikbaarstelling van deze middelen vindt plaats na advies van de deskundigencommissie en de besluitvorming daarover. In de meerjarenbegroting van Meierijstad zijn deze middelen opgenomen voor 100%.

Invulling bezuiniging Rijk (€ 500 mln. in 2025 oplopend € 511 mln. in 2027)
In het Coalitieakkoord van het kabinet is een extra besparing in het jeugddomein opgenomen met een omvang van € 100 mln in 2024, oplopend naar € 500 mln. in 2025 en 2026, en structureel € 511 mln. vanaf 2027.
Voor 2024 geldt dat de geraamde extra besparing van € 100 mln. vanwege een vertraging in de totstandkoming van de Hervormingsagenda Jeugd is vervallen. Het vervallen van de extra korting voor 2024 heeft geen budgettair effect.
Vooruitlopend op de uitkomsten van deze onderhandelingen zijn in de meicirculaire 2023 voor de jaren  2024 en 2025 aanvullende, incidentele middelen toegevoegd aan het gemeentefonds, in lijn met de financiële reeks van de uitspraak van de Commissie van Wijzen (CvW). Naast de besparingsopgave die volgt uit de uitspraak van de Commissie van Wijzen heeft het kabinet besloten tot het realiseren van een aanvullende besparing van structureel € 511 mln., welke een Rijksverantwoordelijkheid is gemaakt. Concreet betekent dit dat het aan de Rijksoverheid is om de besparing in te vullen met (wettelijke) maatregelen. Het gaat daarbij om maatregelen waardoor gemeenten minder middelen nodig hebben of waarbij alternatieve inkomsten gegenereerd kunnen worden. Ook draagt het Rijk het budgettaire risico ingeval (een deel van) deze maatregelen geen of niet tijdig doorgang vinden. Gemeenten mogen in hun begroting rekening houden met een besparing op de uitgaven van € 500 mln. in 2025, € 500 mln. in 2026 en vanaf 2027 € 511 mln. (structureel) als gevolg van maatregelen die het Rijk zal uitwerken.
Voor Meierijstad betekent dit tegenover de verlaging van de baten een stelpost voor verlaging van de lasten voor 2025: € 1,9 miljoen, 2026: € 1.8 miljoen en 2027 € 1.8 miljoen.

BTW compensatiefonds (BCF)
Gemeenten kunnen BTW die betaald wordt op overheidstaken compenseren bij het Rijk ten laste van het BCF (Btw compensatiefonds)  Vanaf 2015 zijn het BCF en het Gemeentefonds communicerende vaten. Ontstaat financiële ruimte in het BCF dan komt dit ten gunste van het Gemeentefonds; overtreffen de BTW declaraties het BCF dan vult het Gemeentefonds dit aan. Vanaf 2019 is de afrekensystematiek tussen het BCF en het Gemeentefonds gewijzigd. Gemeenten krijgen nog altijd waar ze recht op hebben, maar het Rijk voegt het geraamde BCF surplus niet meer op voorhand toe aan het Gemeentefonds. Het Rijk, VNG en de provinciale toezichthouders hebben afspraken gemaakt. Dit betekent dat het voor gemeenten is toegestaan om een inkomstenpost op te nemen ter hoogte van maximaal de laatst vastgestelde jaarrekening van het Rijk..
Vanaf 2024 hebben wij hiervoor € 1.250.000 als stelpost opgenomen.

Uitkeringen gemeentefonds
(bedragen x € 1.000)

Begroting
2024

Begroting
2025

Begroting
2026

Begroting
2027

Algemene uitkering

144.163

150.871

141.763

144.834

Integratie-uitkeringen:

Participatie

15.227

14.716

14.361

13.925

Decentralisatie- integratie uitkeringen:

Decentralisatie provinciale taken vergunningverlening, toezicht en handhaving (DU)

267

267

267

267

Voorschoolse voorziening peuters (DU)

123

123

123

123

Armoedebestrijding kinderen (DU)

247

247

247

247

Versterking omgevingsveiligheidsdiensten (DU)

17

Extra capaciteit Boa's

44

44

44

44

Wet kwaliteitsborging bouw

49

49

49

0

Stelposten

Jeugdzorg aanvulling

2.000

Jeugdzorg

3.259

3.048

Aanvullende besparing jeugdzorg *

-1.909

-1.785

-1.843

Onder uitputting BCF

1.250

1.250

1.250

1.250

Totaal

161.386

167.657

159.577

161.895

* Het betreft hier de aanvullende besparing van landelijk € 500 miljoen oplopend  structureel naar € 511 miljoen in 2027. Hiervoor is een stelpost voor verlaging van de lasten opgenomen.

Lokale heffingen (waarbij de besteding niet gebonden is)

Het belastingplan Meierijstad 2017 heeft als lange termijn visie een sober, duurzaam en robuust belastingpalet voor de gemeente Meierijstad. Deze visie vertaalt zich concreet in een optimaal te benutten belastingareaal, in stabiele en nauwkeurig voorspelbare belastingopbrengsten, in een afname van fout- en fraudegevoeligheid en dat tegen zo minimaal mogelijke maatschappelijke kosten van het heffen en innen van belastingen (de zogenaamde perceptiekosten).
De geraamde opbrengsten kunt u vinden in paragraaf Lokale heffingen.

Dividend

Jaarlijks ontvangt de gemeente dividend van de BNG. De gemeente Meierijstad beschikt over 120.237 aandelen BNG. De hoogte van het dividend is afhankelijk van de winst en wordt vastgesteld in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders BNG. In de begroting nemen we het gemiddelde van het uitgekeerde dividend over de laatste drie jaren als uitgangspunt in dit geval € 264.121.

Deze pagina is gebouwd op 09/25/2023 10:52:31 met de export van 09/25/2023 10:38:11